De verborgen strijd van Hindostaanse vrouwen
Eind vorig jaar beleefde de Hindostaanse gemeenschap zijn eigen #MeToo-moment. Een aantal vrouwen uit de gemeenschap stond op om te vertellen dat een bekende maatschappelijk werker, die was genomineerd voor een emancipatieprijs, hen had betast of zelfs verkracht. Dat was opmerkelijk, want onder Hindostanen is seksueel misbruik eigenlijk onbespreekbaar. Maar er lijkt nu een nieuwe generatie vrouwen te zijn opgestaan die zegt: wij zwijgen niet langer.
Hindostaanse vrouwen komen niet vaak in het nieuws, hun integratie lijkt een succesverhaal: ze zijn vaak goed opgeleid en nemen volop deel aan de arbeidsmarkt. Maar er is een keerzijde. “Thuis hebben ze nog vaak te maken met een cultuur waarin de man bepaalt en de vrouw volgzaam moet zijn,” zegt Anita Nanhoe (46), onderzoeker sociale vraagstukken bij de gemeente Rotterdam. Zij ondersteunde vorig jaar de vrouwen die zich uitspraken, samen met de bekende Pakistaans-Nederlandse vrouwenactiviste Shirin Musa.
“Die vrouwen wilden allemaal anoniem blijven en dat is veelzeggend,” vervolgt Nanhoe. “Dat komt doordat wie openlijk over seksueel misbruik spreekt in de Hindostaanse gemeenschap vaak zelf de schuld krijgt. Dat gebeurde ook in deze zaak: binnen de gemeenschap sprak men veroordelend over de slachtoffers. Er waren mensen die mij vanwege mijn betrokkenheid ‘tot de orde’ probeerden te roepen. De meeste Hindostaanse politici hielden zich stil en degenen die zich erover uitspraken, probeerden de slachtoffers de mond te snoeren. Zelfs Hindostaanse emancipatie-organisaties steunden de vrouwen niet.