Debat over abortus laait in de Verenigde Staten weer op
Vorige week probeerde Charles C. Camosy, lid van het bestuur van Democrats for Life, in een ingezonden stuk in de New York Times de standpunten over abortus terug te brengen tot toch vooral een woordenspel.
We zijn in Nederland geneigd Amerikaanse democraten als uitsluitend progressief te zien maar dat beeld vraagt om nuancering.
Onder de kop I Am Pro-Life. Don’t Call Me Anti-Abortion. Hij haalt ondermeer de paus aan die het zou hebben over een ‘throwaway culture’ en hij vergelijkt het – in zijn ogen – gemak waarmee vrouwen tot abortus besluiten met de manier waarop Amerikanen met illegalen omgaan.
Lees zijn stuk hier, als u daar zin heeft. Maar lees dan ook een aantal van de reacties op zijn stuk, die vindt u hier.
Het is sowieso van belang om de discussie in enige mate te volgen want met de benoeming van Brett Kavanaugh in het Amerikaanse Hooggerechtshof mag worden verondersteld dat er inmiddels geen pro-abortus meerderheid op dat niveau is. En met de zeer fragiele gezondheid en de hoge leeftijd van Ruth Ginsberg kan de situatie al op korte termijn verder verslechteren. Donald Trump kan dan alweer een conservatieve rechter benoemen.
Roe vs. Wade is een arrest van het Amerikaanse Hooggerechtshof uit 1973, waarin het een oordeel uitsprak over de toenmalige abortuswetgeving in de Verenigde Staten. Het oordeelde dat de veel wetten die abortus verboden of restricties oplegden ongrondwettelijk waren. Het ‘recht op abortus’ was volgens het hof verankerd in het grondwettelijke ‘recht op privacy’. Door dit arrest werd de toenmalige wetgeving van de verschillende staten opgeheven.
Het is een van de meest controversiële uitspraken geweest uit de geschiedenis van het Amerikaans Hooggerechtshof.
Maar het zou in 2019 zomaar kunnen gebeuren dat het Hooggerechtshof in de huidige samenstelling – en gevraagd om een oordeel – tot een heel andere conclusie komt.