Dit ‘pensioenakkoord’ lost maar een deel van het probleem op. En ook nog tijdelijk
Vanochtend was er de persconferentie, bij de SER. Hoewel FNV-voorzitter Han Busker gisteren nog aarzelde om het een ‘principe-akkoord’ te noemen – deed hij dat vandaag wel. Waarom werd niet duidelijk, veel zekerheid kreeg hij in de tussentijd niet van zijn achterban.
Gisterenavond moest het FNV ‘ledenparlement’ zich er nog over uitspreken. Dat gebeurde vervolgens niet, in elk geval leidde het niet tot een advies aan de leden, er werd besloten tot een referendum onder de ca. een miljoen leden, volgende week.
Als de resultaten van negen jaar geleden in het afgelopen decennium goed zijn weergegeven, dan was het destijds al bijna zover als gisteren. Maar stemden de leden van de FNV het voorstel vervolgens weg wat tot het vertrek van Agnes Jongerius leidde.
Er is vooralsnog geen reden om al teveel te vertrouwen op the wisdom of crowds, komende week. Ook blijft het een raadsel waarom een overwegend sterk verouderd en ook qua aantal nog nauwelijks representatief deel van ons land – de FNV – zo’n beslissende stem kan hebben in iets dat meer dan 10 miljoen mensen aangaat. Begrijp ons goed: de FNV doet nog altijd overwegend goed en vaak hoognodig werk maar het draagvlak is tanende. Het kabinet heeft het referendum afgeschaft maar juist nu – op dit onderwerp – hadden we het goed kunnen gebruiken.
Maar stel, volgende week spreken de leden van de FNV zich uit vóór dit akkoord. Waar zijn we dan?
Er komt meer flexibiliteit. Pensioenfondsen die het goed doen mogen meer uitkeren, de slechter presterende minder. Voor een pensioengerechtigde is dat een loterij, die zit sectorgebonden in zo’n fonds, zonder zeggenschap. Pensioengerechtigden kunnen het bestuur van een matig tot slecht presterend fonds niet naar huis sturen en vervangen door een leiding waarin ze meer vertrouwen hebben.
Maar ook kunnen ze niet switchen van een matig tot slecht presterend fonds naar een goed presterend. Hotel California.
Je kunt veel vinden van beursgenoteerde ondernemingen maar daar maken uiteindelijk toch de aandeelhouders de dienst uit. Logisch want net als pensioengerechtigden verstrekken zij het geld, het is hun geld. Waarom kan dat niet bij pensioenfondsen?
Iets anders is die bevriezing van twee jaar. Maar daarna wordt het acht maanden later per 12 maanden stijging van de levensverwachting.
Steeds vaker nemen we de levensverwachting voor kennisgeving aan, de levensverwachting van jaren in goede gezondheid, dat is waar het werkelijk om zou moeten gaan. Die stijgt veel minder snel. En we willen toch genieten van ons pensioen?
Dan kan er wel worden gekeken naar ‘zware beroepen’ maar dat is maar een deel van het probleem.
Een vrouw die in 1981 65 jaar was had een levensverwachting zonder chronische ziektes van 7,4 jaar. De jaren erna waren niet in goede gezondheid.
Een vrouw die in 2017 65 jaar was had een levensverwachting zonder chronische ziektes van 3,7 jaar. De jaren erna waren niet in goede gezondheid.
Die vrouw uit 2017 leefde wel ruim 2,5 jaar langer dan in 1981 maar als het gaat ‘in goede gezondheid’ ging ze er zelfs op achteruit.
Bekijk de onderliggende CBS-tabel hier.
Intussen lijkt de conjunctuur al weer dalend, in elk geval geldt dat voor de rente. Zowel de centrale bank van de VS als de ECB geven al signalen af dat ze renteverlagende maatregelen overwegen. Dat betekent dat de wettelijk verplichte rekenrente waarmee pensioenfondsen moeten omgaan om de dekking voor hun verplichtingen te berekenen ook weer verder daalt met tekorten als uitkomst. Het principe-akkoord voorziet in een tijdelijke oplossing maar op termijn wordt die te duur, zeker als de economie terugvalt.
Dit pensioenakkoord is een flinke stap voorwaarts. Maar we durven de voorspelling wel aan dat we binnen vijf jaar met de volgende revisies bezig zijn.