‘Ik schrijf wat ik zie, ik schilder wie ik ben’
Het kleurrijke werk van de schilderende schrijver Etel Adnan knalt van de muren. Kleur als taal. Haar werk wordt gepresenteerd in het Van Gogh Museum, naast dat van Vincent. Een mooie, krachtige ontmoeting.
Pas op 87-jarige leeftijd, in 2012, kreeg Etel Adnan (1925-2021) wereldwijd erkenning voor haar beeldende kunst op de Documenta in Kassel, Duitsland. En nu, tien jaar later, is daar haar eerste overzichtstentoonstelling in Nederland. Helaas maakt ze die zelf niet meer mee, want ze overleed eind vorig jaar, 96 jaar oud. Ze laat een groot oeuvre achter, geschreven en geschilderd. Schilderijen, tekeningen, tapijten, vazen en papieren leporello’s, steeds met kleur als expressiemiddel. En is dat niet juist wat bij Vincent van Gogh ook zo’n belangrijke rol speelt? Van Gogh schreef in 1888: “Ik weet niet of je begrijpt dat je poëzie kunt maken door alleen maar de kleuren goed te schikken.”
Volgens Adnan was Van Gogh de eerste kunstenaar die zag wat de kracht van kleur in de natuur was en daarmee de weg vrijmaakte voor generaties kunstenaars na hem. Zoals Adnan zelf. “Toen ik Van Goghs werk voor het eerst zag, was dat een enorme schok voor mij. Het moet in Parijs zijn geweest, begin jaren vijftig. Ik kwam uit Beiroet en had zelfs nog nooit reproducties van kunst gezien – we hadden geen musea in Libanon (…). Ik herinner me zijn zelfportretten. Ik was onder de indruk dat iemand naar zichzelf kon kijken met zo’n precisie, zo’n intensiteit, bijna ondraaglijk. Die schok is nooit overgegaan.”
Lees verder in de nieuwste OPZIJ