Bureau Clara Wichmann in hoger beroep tegen ongelijke beloning van Wehkamp van vrouw. Wehkamp betaalt alsnog
In het hoger beroep van de vrouwelijke bedrijfsjurist die €1.000,- per maand minder verdiende dan haar mannelijke collega heeft Wehkamp besloten om vrijwillig aan alle vorderingen te voldoen. Deze rechtszaak die Bureau Clara Wichmann aanspande voor gelijke beloning, laat zien dat melden loont.
Om een officiële uitspraak van het Gerechtshof Leeuwarden te voorkomen betaalt Wehkamp de vrouw alsnog het volledige salaris en een aanvullende ontslagvergoeding (een zogenaamde ‘billijke vergoeding’). Ook betaalt Wehkamp alle advocaatkosten en proceskosten die de vrouw heeft moeten maken voor de rechtszaak.
Zaak legt breed probleem bloot
Toen de vrouw in 2019 het gerucht hoorde dat haar mannelijke collega met dezelfde functie veel meer verdiende, kaartte zij dat intern aan. “Het ergste vond ik de manier waarop Wehkamp met de kwestie omging. Op het moment dat ik het beloningsverschil aankaartte, hadden we samen een oplossing kunnen vinden. In plaats daarvan werd ik genegeerd, gingen ze gesprekken uit de weg en werd er zelfs gedreigd dat ik mijn baan wel kon vergeten als ik er niet over ophield. Ik heb daarom lang en vaak getwijfeld of ik wel (juridische) stappen wilde nemen”, zegt de vrouw hierover. “Uiteindelijk heb ik besloten om toch door te zetten, omdat Wehkamp niet de enige werkgever is die zo negatief reageert op een vraag over discriminatie. Het komt veel te vaak voor dat de werknemer er na zo’n vraag uit wordt gewerkt. Ik wilde daartegen opkomen en wil anderen aanmoedigen dat ook te doen.”
De vrouw schakelde daarom een gespecialiseerde jurist in en vroeg steun voor een rechtszaak bij Bureau Clara Wichmann. “We zijn blij dat deze vrouw zich bij ons heeft gemeld voor deze rechtszaak. Het is ontzettend belangrijk dat ook andere vrouwen de strijd aangaan, want deze zaak legt een groter probleem bloot waar veel vrouwen dagelijks tegenaan lopen,” zegt Femke Zeven, jurist bij Bureau Clara Wichmann.
Sprake van discriminatie
De Rechtbank Overijssel oordeelde dat er geen sprake was van discriminatie. Daarom besloot de vrouw om in hoger beroep te gaan. In de tussentijd vroeg de vrouw een oordeel aan bij het College voor de Rechten van de Mens, dat door de overheid is ingesteld als toezichthouder op gelijke behandeling. In augustus 2022 oordeelde het College dat er wél sprake was van discriminatie en dat het bedrijf de klacht van de vrouw onzorgvuldig had behandeld.
Fout alsnog rechtgezet
Het Gerechtshof zou het oordeel meewegen in de uitspraak die zij in het hoger beroep zou gaan doen. Tijdens de zitting bleek Wehkamp bereid om alsnog aan alle vorderingen van de vrouw te voldoen. “Het is goed dat Wehkamp onder druk van de rechtszaak alsnog hun fout recht zet,” zegt Zeven. “Het heeft van ver moeten komen, maar het laat zien dat het zin heeft om aan de bel te trekken als je als vrouw minder verdient dan je mannelijke collega.”
De vrouw benadrukt dat het haar niet alleen ging om haar eigen zaak, maar juist om bredere verandering: “Na het oordeel van het College heb ik Wehkamp gevraagd om onafhankelijk onderzoek te laten doen naar de interne loonkloof. Misschien zijn er nog andere onterechte verschillen bij Wehkamp. Ook vroeg ik het bedrijf om in overleg met hun OR alsnog een goede (externe) klachtenprocedure in te richten, zodat er een plek komt waar je als medewerker terecht kunt met vragen over discriminatie of andere gevoelige onderwerpen, zonder dat je hoeft te vrezen voor je baan. Daarop is helaas niet gereageerd.”
Gelijke beloning beter verankeren
Uit onderzoek blijkt dat vrouwen nog altijd 13% minder verdienen dan mannen. Daarom moet volgens Bureau Clara Wichmann het recht op gelijke beloning beter verankerd worden in wet- en regelgeving. “Nederland moet invulling gaan geven aan de Europese Richtlijn over gelijke beloning, en het wetsvoorstel Gelijke beloning van vrouwen en mannen moet echt snel behandeld worden in de Tweede Kamer,” zegt Zeven. “Met die wet wordt beloning transparanter, waardoor het recht op gelijke beloning beter verankerd en effectueerbaar wordt. Dat is hard nodig, want deze zaak laat zien dat bedrijven niet snel uit zichzelf aan de slag gaan.”