Vrouw-zijn is een misdaad in Afghanistan

Niloufar Rahim (c) Harry Kleine

De Taliban proberen vrouwen uit het Afghaanse openbare leven te wissen met een groeiende lijst aan vrouwvijandige maatregelen. Dieptepunt was eind vorig jaar het sluiten van de universiteiten voor vrouwen en de ban op vrouwelijke ngo- werknemers. Drie Afghaans-Nederlandse vrouwen delen hun visie. “Vooral de gedachte dat het zo oneerlijk is, sloopt je.”

DOOR RENATE VAN DER ZEE

Toen de Taliban bij hun machtsovername aankondigden dat ze de rechten van vrouwen zouden respecteren, hadden we kunnen weten dat dat een smerige leugen was. Dat was in de zomer van 2021 en inmiddels blijft de lijst van vrouwvijandige maatregelen maar groeien. Een paar voorbeelden: Augustus 2021: imams moeten lijsten aanleveren van ongetrouwde vrouwen van 12 (!) tot 45 jaar zodat de strijders met hen kunnen trouwen. December 2021: vrouwen mogen geen reizen van langer dan 72 kilometer maken zonder een mannelijke begeleider.
Januari 2022: koffiehuizen mogen vrouwen zonder mannelijke begeleider niet meer bedienen. Februari: vrouwen mogen niet naar het buitenland zonder mannelijke begeleider en geldige reden.
Maart: middelbare meisjesscholen blijven permanent gesloten.
Mei: rijbewijzen worden niet meer aan vrouwen verstrekt en vrouwen mogen niet meer alleen met het openbaar vervoer.
Juli: Vrouwelijke ambtenaren van het ministerie van Financiën moeten hun baan aan een mannelijk familielid overdragen.
Oktober: vrouwen mogen geen landbouw, mijnbouw, bouwkunde, diergeneeskunde of journalistiek meer studeren, want dat is te moeilijk voor hen.
November: vrouwen mogen niet meer naar parken en sportscholen.

En dit is maar een willekeurige greep uit alle vrouwvijandige maatregelen van de Taliban. Het dieptepunt kwam eind vorig jaar, toen universiteiten hun deuren sloten voor vrouwen en vrouwen niet meer voor ngo’s mochten werken. Verbijsterde studentes zagen in één klap hun toekomstdromen vervliegen en tienduizenden ngo-werkneemsters, vaak de kostwinner van hun gezin, zaten in één klap zonder werk. De ngo’s schortten hun werk op, omdat ze zonder vrouwelijke hulpverleners geen toegang hebben tot Afghaanse vrouwen. Slecht nieuws
in een land waar de economie volledig is ingestort, twee derde van de bevolking afhankelijk is van humanitaire hulp en bijna twintig miljoen mensen – de helft van de bevolking – honger lijden.

Inmiddels zijn vrouwenrechtenactivistes als Zarifa Yaghoubi gearresteerd, is het voormalige vrouwelijke parlementslid Mursal Nabizada vermoord en krijgen vrouwen die zogenaamde ‘morele misdaden’ hebben begaan, publiekelijk zweepslagen. Zoals de studentes uit de provincie Badakhshan die jeans onder hun lange jassen droegen. Absurde maatregelen, zoals het bedekken van de gezichten van etalagepoppen en het weren van vrouwen uit televisieseries, tonen hoever de Taliban bereid zijn te gaan om vrouwen volledig uit het openbare leven te wissen Kleine groepen moedige vrouwen hebben geprobeerd te demonstreren, maar hun protesten werden gewelddadig de kop in gedrukt. Veel Afghaanse vrouwen zijn bang dat ze binnenkort niet eens meer hun huis uit mogen.

Geen tweede Yemen

“Het nieuws uit Afghanistan bezorgt je shock op shock. Vooral de gedachte dat het zo oneerlijk is, sloopt je,” zegt de Afghaans-Nederlandse Niloufar Rahim (35). Zij vluchtte in 1997 op tienjarige leeftijd met haar ouders naar Nederland. Inmiddels is ze huisarts en bestuurslid van de Stichting Keihan, die onder meer trainingen in medische vaardigheden geeft aan studenten geneeskunde in Afghanistan. Ze kent Afghanistan goed, heeft er in ziekenhuizen gewerkt en trainingen gegeven. “Mijn collega’s daar zijn helemaal kapot van het slechte nieuws. Er worden nu dus geen vrouwelijke artsen meer opgeleid in Afghanistan, terwijl die essentieel zijn voor de zorg voor vrouwen en kinderen. Dit is zo erg: al die vrouwen die nu zonder werk en toekomst zitten. Werkneemsters van ngo’s die weigerden zich te laten evacueren omdat ze hun familie niet wilden achterlaten, zijn nu werkloos. Ik snap niet wat er omgaat in de hoofden van de Taliban. Ze leggen de helft van de samenleving plat en ze denken dat het wel goed komt?”

Ze is zich nu met haar stichting aan het beraden over hoe ze het werk in Afghanistan gaan voortzetten. “Wij willen doorgaan, want als alle hulporganisaties vertrekken, dan hebben we alleen de bevolking ermee. Verder is het echt heel belangrijk dat we aandacht blijven vragen voor Afghanistan. Er vinden daar zoveel mensenrechtenschendingen plaats die niet in het nieuws komen. We moeten mensen geïnteresseerd houden, anders wordt het een tweede Yemen dat door iedereen vergeten is.”

Het hele artikel lees je in de laatste Opzij. Een abonnement is zo gepiept. Nergens aan vastzitten? Lees dit nummer fysiek of digitaal via onze site of Blendle.