Schrijver Babah Tarawally: “Ik toonde emoties en deed dingen die stereotyperend voor vrouwen zijn”
Schrijver en journalist Babah Tarawally(1972) vluchtte in 1995 uit Sierra Leone. In Nederland schreef hij verschillende boeken en nam hij een column in Trouw voor zijn rekening. In zijn schrijfwerk, maar ook daarbuiten, stelt Tarawally zichzelf op als bondgenoot voor de vrouwenzaak. Zijn dochters houden hem scherp. “Dan zeggen ze: ‘Papa, dat is seksistisch’.” Met Opzij gaat Tarawally in gesprek over Sierra Leone, zijn recent verschenen boek De getemde man en wat hij van wijlen zijn ouders heeft meegekregen.
DOOR TESSEL TEN ZWEEGE
Ongetemde mannen
“Een titel moet prikkelen. Daarom heet mijn laatste boek, dat begin dit jaar verscheen: De Getemde Man. Zo zie ik mezelf, een man die zijn vrouwelijke en mannelijke energie in balans heeft. Toen ik vluchtte uit Sierra Leone, vertrok ik uit de jungle en kwam ik terecht in een dierentuin. Mannen uit mijn thuisland zie ik als ongetemde mannen. Ik denk dat mensen niet worden geboren met het idee dat diegene beter is dan iemand anders, dat mannen beter zijn dan vrouwen bijvoorbeeld. Dat wordt ons aangeleerd: dat ongetemde, die absolute macht over vrouwen. Wij werden opgevoed met het idee dat we boven vrouwen staan, dat we controle over hen moeten hebben en dat ze een soort van eigendom zijn. Niet omdat vrouwen zwak zijn, maar juist omdat het tegenovergestelde waar is. Vrouwen zijn krachtig en dus moeten we ze onder de duim houden, zo zagen wij dat in mijn familie. Mannen zijn misschien een beetje bang voor vrouwen. Als we vrouwen zouden loslaten, dan zijn we bang dat ze ons zullen domineren. Ongetemde mannen zijn geen vrouwenhaters en ze denken juist van vrouwen te houden. Het is eerder onmacht en angst waar die onderdrukking uit voortkomt. Ik denk niet dat echte liefde samengaat met onderdrukking – ongetemde mannen kunnen in die zin niet echt liefhebben. Ze zijn gewoon extreem bang en onzeker dat ze hun vrouw verliezen, en die angst overschaduwt de liefde.”
Leven in de compound
“Het onderdrukken van vrouwen gebeurt onder het mom van het beschermen van vrouwen. Daarom wonen we in Sierra Leone in compounds, kleine woongemeenschappen waarin we de vrouwen van de familie beschermen tegen mannen van buitenaf. In mijn familie zat bijvoorbeeld mijn vader altijd bij de ingang van de compound om in de gaten te houden of er niemand naar binnen glipte. In mijn boek schreef ik over een bevriende dokter die in Sierra Leone kwam wonen na in het mondiale Noorden te hebben gewoond. Hij wilde zijn dochters vrijlaten, zoals hij dat gewend was in het Noorden, en weigerde ze binnen in de compound te houden. Mijn vader waarschuwde hem al: doe dat nou niet, het is niet veilig. Binnen no time na hun verhuizing naar Sierra Leone werden die meisjes al lastiggevallen door de jongens op straat en op een gegeven moment waren ze allebei zwanger. Mijn vader verkondigde hoofdschuddend dat de dokter zijn dochters had overgelaten aan de hyena’s: zo noemden we die mannen buiten de compound. Tegelijkertijd was ik zelf soms de hyena waar ik mijn vrouwelijke familieleden tegen wilde beschermen. Vrouwen in je eigen compound moet je beschermen en vrouwen buiten zijn een soort prooi. We gingen ’s avonds met groepen jongens op zoek naar meisjes, op zoek naar seks. Je doet dat als jonge jongen in Sierra Leone omdat je stoer wil doen, omdat je erbij wil horen.”
Verder lezen? Het hele stuk lees je in de nieuwste Opzij. Een abonnement is zo gepiept. Nergens aan vastzitten? Lees dit nummer fysiek of digitaal via onze site of via Blendle.