IN DE NIEUWE OPZIJ: hoogleraar Janka Stoker over vrouwelijk leiderschap
‘Nederland vindt vrouwen de beste chefs’ stond triomfantelijk op de cover van Opzij in januari 1989. Een goed begin van dat nieuwe jaar. Die kop was niet ingegeven door wensdenken van de Opzij-redactie, maar de uitkomst van een groot landelijk onderzoek, dat Opzij had gedaan. De belangrijkste – en onverwachte – uitkomst was het positieve oordeel over vrouwelijke leidinggevenden.
‘In gebieden waarvan oudsher al veel vrouwen werkten, zoals de zorg en het onderwijs, komen ze gemakkelijker in de leiding. Ikzelf was nog jong, namelijk 33, toen ik hoogleraar werd aan de faculteit economie en bedrijfskunde in Groningen. Mijn moeder, die nu 82 is, was ook al hoogleraar in Groningen, in een tijd dat ze echt een van de weinigen was. Toen ik werd benoemd waren er in mijn faculteit trouwens ook nog maar drie andere vrouwelijke hoogleraren. Moeilijker was- en is- het voor vrouwelijke leiders in het zakenleven, de politiek en bij technische bedrijven. De politiek is een heel apart gebied. Vooral tegenwoordig met alle sociale media. In de politiek moet je sowieso een erg dikke huid hebben, maar voor vrouwen is het nog net wat moeilijker, want die worden ook nog eens extra beoordeeld op hun uiterlijk en hun uitingen in het openbaar. Kijk hoe Sigrid Kaag en Christianne van der Wal behandeld zijn tijdens hun ambtsperiode. De druk van de buitenwereld op vrouwelijke politici is heel groot.”
LEES VERDER IN DE NIEUWE OPZIJ